vrijdag 2 mei 2008

Gwyneth Paltrow

Wie naar glamour kijkt, stapt over een drempel en treedt binnen in een andere wereld. Die wereld kent geen onbevangenheid, geen 'spontane' beelden; het illusionisme heeft er de macht gegrepen. Glamour toont niet de werkelijkheid, maar een evocatie ervan. Beelden die meteen een unieke plaats in het publieksaffect garanderen. Ze nopen tot een staat van betovering, van stilstand. Van begeerte vervluchtigd tot fixatie. Niets beweegt, alles is. En daardoor schermen ze met het tijdloze. Glamour zegt: "Dit moment hier is, nu en ook straks, de eeuwigheid".

Van de huidige generatie actrices kan enkel Gwyneth Paltrow me volledig charmeren. Waarschijnlijk ligt het in de perfecte pose die ze zich als model weet aan te meten: een rustig en gecontroleerd evenwicht van in bedwang gehouden krachten. En deze positie beoefent ze heel mooi in een film als 'Great Expectations'. Het is een pose die herinnert aan de strategie van de femme fatale: de vrouw stelt zichzelf niet voor als een existentie, maar als een idee waarop de man zijn fantasme ent. De resultante van een doen alsof, door het banale volledig buitenspel te plaatsen. Een esthetische beleving. Helaas is Paltrow in de keuze van haar rollen bepaald ongelukkig - ze zou optimaal renderen als leading lady in een neo noir, en niet in de komedies die ze nu speelt. Maar die lacune bedek je met de mantel der liefde. Uiteindelijk is Gwyneth Paltrow er in eerste instantie niet om te acteren, ze is er om ons beelden toe te sturen.

Glamour is een mooie combinatie van doen-geloven (het model) en van willen-geloven (het publiek). De fotograaf maakt de uitdrukkingskracht van zijn model radicaal fysiek: de geportretteerde trekt de aandacht maar geeft geen aandacht. Hij weigert zichzelf te relativeren. En die positie maakt een leemte bij ons zichtbaar. In de pose van het model zoeken we tevergeefs naar ons spiegelbeeld, naar een bevestiging. Maar die confirmatie blijft achterwege. De pose van de glamour is immers absoluut, geen zet die een tegenzet vraagt. En zo delft de kijker steeds het onderspit, maakt het een zachte weemoed in hem wakker. Het beeld klapt dicht als een gesloten nomade. We zullen nooit het lichaam aan de andere kant van de huid leren kennen. Glamour is allure gekleurd door de melancholie van de toeschouwer.