maandag 28 september 2009

The Birds

Beeld je een adaptatie naar het filmdoek in van 'De schreeuw' van Edvard Munch en je komt terecht bij 'The Birds'. Met een verpletterende doeltreffendheid begeleidt Alfred Hitchcock ons langs een totale desacralisering van het gangbare vooruitgangsoptimisme. De menselijke hang naar meer en beter wordt er herleid tot een bitsige karikatuur. Angst is hier het grote cinematografische gevoel. Een angst die inspeelt op het totale verlies van controle. Kijken is in 'The Birds' de opdracht; kijken naar de pijn van anderen.

Hitchcock investeerde nooit in de dialoog, maar louter in het beeld. Ieder beeld in 'The Birds' zit vol expressieve kracht. Denk de ondertiteling en de klank weg en je kan het verhaal perfect volgen. 'The Birds' is een finale optelsom van alle kunde van een regisseur die nooit de conventies van de stille film is vergeten. Zo mooi aan Hitchcocks films is het zinderende van zijn beheersing van het beeld, de permanente aanwezigheid van het pure verhaal, zowel in het oog van de angst als in het vuur van de lust. Zoals Von Sternberg heeft Hitchcock een punt bereikt van absolute regie, maar in onze wereld van versplintering, in onze moderne adoratie voor het gebroken beeld is dit ideaal van de passionele vorm helaas onbegrijpelijk ouderwets geworden.

Losjes gevormd naar het apocalyptische kortverhaal van Daphne Du Maurier brengt 'The Birds' een mystiek allooi tot volle luciditeit. Een verklaring voor de blinde terreur van de natuur blijft achterwege, maar de manier waarop Hitchcock de vraag onbeantwoord laat wijst op het ongemakkelijke geruis van een latente betekenis. Heel doelmatig en een zuivere oefening in suspense. Bij andere regisseurs verzandde het thrillergenre in produkten; Hitchcock maakte er kunstwerken van.

zondag 6 september 2009

Pieter Brueghel de Oude

Hij affirmeerde zich als een Vlaams kunstenaar en wilde niet zomaar de geijkte Italiaanse patronen kopiëren. De Sixtijnse Kapel of de weelderige Rafaël maakten weinig indruk op Pieter Brueghel de Oude. De melodramatische praal ervan raakte hem niet. De Italiaanse esthetica uit de 16de eeuw was ondubbelzinnig: haar figuren bevonden zich in het midden van het doek, dramatisch belicht en rijkelijk vormgegeven. Kunst perfect afgestemd op een kapitaalkrachtig publiek van adellieden en feodalen. Brueghel verschoof de klemtoon naar het alledaagse; zijn personages gaan op in een groter sociaal epos. Vaak modderen ze maar wat aan in de marge van het tableau. De morele heldenmoed is bij Brueghel vervangen door lineaire doelloosheid. Deze werken dwingen tot beschouwing: het zijn geen kanselredes, maar intieme commentaren in een voetnoot.

Bang om zijn eigen weg te gaan, was hij niet. Zijn beeldtaal is origineel, maar de conventies zijn hem niet vreemd. Overal waar je kijkt, verschijnen nieuwe taferelen als in een cinematografische scène. Visuele arrangementen die krioelen van de bedrijvigheid; zijn personages worden een reeks punten die het doek overnemen. Heel spraakmakend voor die tijd. Dit is competente schilderkunst losgemaakt van de canonieke modellen. Het doorbrak de wurggreep van routine en cliché.

Brueghel bracht het winterlandschap in het schilderij. Hij introduceerde in zijn eentje sneeuw in de westerse kunst. Na hem volgde een hele traditie in de Hollandse kunst die zich richtte op sneeuwlandschappen. Witte verf werd de basis op het canvas en het bekroonde Brueghels talent. Hij bezat een uitzonderlijke gave om de natuur af te beelden met een pointe van geloofwaardigheid en présence. Bij andere schilders diende de natuurimpressie slechts als achtergrond; bij Brueghel kreeg het landschap de hoofdrol toebedeeld.

Zijn oeuvre gaf vorm aan mensen zonder have en goed. Sjofele passanten met een unieke, ruwe kant. Ontheemden en verstotenen met een bodemloos verdriet onder de oogleden en gekweld door twijfel. Hij schetste een prozaïsche en sombere omgeving waar steeds iets onheilspellends op ons wacht, iets onzichtbaars en ingrijpends. De maatschappij die hij toont is hopeloos ontwricht, een gevolg van corrupte machtswellust en de terreur van de staat. Een leven dat op vele plaatsen in de wereld nog steeds de harde realiteit is. Pieter Brueghel vergiste zich nooit in het lijden. De pijn is de grote meetkundige in zijn beelden. Hij voorspelde donkere tijden, maar behield een warm oog voor het onsentimenteel menselijke.